De Nederlandse mestwetgeving hanteert veel uitzonderingen. De belangrijkste uitzonderingen waar AgroVision Crops rekening mee houdt leest u hieronder. U kunt aangeven welke uitzonderingen gehanteerd moeten worden.
- Stikstofdifferentiatie
- Fosfaatdifferentiatie
- Extra organische mest
- Grasland gebruik: volledig maaien of beweiden
- Biologisch
- Vanggewas op zand of löss
- Gebruiksnormen en bemestingen wel of niet meerekenen
- Volgteelt
Stikstofdifferentiatie
Ligt uw perceel op kleigrond. En had u de afgelopen 3 jaar hogere opbrengsten met suikerbieten, tarwe, gerst of aardappelen? Dan mag u extra stikstof gebruiken. Dit heet stikstofdifferentiatie.
Via de knop het Instellingen (1), Gewassen (2) kunt u doormiddel van een vinkje (3) aangeven voor welke gewassen stikstofdifferentiatie moet worden gehanteerd.
Fosfaatdifferentiatie
Heeft uw grond een lagere fosfaattoestand? Met fosfaatdifferentiatie kunt u extra fosfaat gebruiken. Hoeveel u extra mag gebruiken hangt af van de fosfaattoestand van uw grond. In het bemestingsonderzoek staan de staan de P-AL en P-PAE (P-CaCl2) getallen. Als het onderzoek van vóór 2021 is en het heeft de oude en de nieuwe getallen, dan kiest AgroVision Crops de meest gunstige.
Via de knop het Instellingen (1), Teelten (2) kunt u doormiddel van een vinkje (3) aangeven voor welke gewassen fosfaatdifferentiatie moet worden gehanteerd.
Extra organische mest
Bij de fosfaatklasse hoog mag u extra organische mest uitrijden, dit moet u wel melden bij het RVO.
Via de knop het Instellingen (1), Teelten (2) kunt u doormiddel van een vinkje (3) aangeven voor welke gewassen fosfaatdifferentiatie moet worden gehanteerd.
Grasland gebruik: volledig maaien of beweiden
U bepaalt in 1x voor uw hele bedrijf of uw grasland wordt gezien als grasland met beweiden of grasland met volledig maaien.
Via de knop het Instellingen (1), Bedrijf (2) kunt u kiezen voor gebruik met volledig maaien of Met beweiden.
Biologisch
Heeft u een biologisch bedrijf? Dan kunt u dit aangeven.
Via de knop het Instellingen (1), Bedrijf (2) kunt u kiezen voor Ja of Nee.
Vanggewas op zand of löss
Teelt u gewassen op bouwland op zand- of lössgrond? Dan teelt u op het hele perceel een vanggewas.
U teelt uw vanggewas na de hoofdteelt. Of mogelijk na de volgeelt. U zaait een vanggewas in op zijn laatst op 1 oktober. Doet u dat na deze datum? Dan mag u volgend jaar minder stikstof gebruiken. Hoe later u het vanggewas zaait, hoe minder stikstof u het jaar daarop mag gebruiken. De korting geldt voor het aantal hectares waarop u het vanggewas niet, of na 1 oktober heeft ingezaaid.
In het volgende teeltjaar wordt de korting op de onderstaande manier weergegeven.
Gebruiksnormen en bemestingen wel of niet meerekenen
U kunt per teelt bepalen of de gebruiksnorm en/of de bemestingen moeten worden meegenomen in de Mineralenplanner.
- Klik op de menuknop Registratie, Teeltregistratie en kies de teelt en druk op het witte pennetje.
- Kies het tabblad Mineralen en selecteer een van de drie opties. De bovenste optie is standaard.
Volgteelt
Verbouwt u na de eerste teelt een ander gewas? Voor de berekening van gebruiksnormen is het dan belangrijk dat u de voorvrucht aangeeft. Voor sommige gewassen worden afwijkende gebruiksnormen gebruikt.
- Klik op de menuknop Registratie, Teeltregistratie en kies het perceel of de teelt en druk op het witte pennetje.
- Kies het tabblad Historie
- Selecteer de voorgaande teelt(en)